donderdag 9 april 2015

Het graf van Petrus

Maanden van te voren moest ik mij aanmelden voor een bezoek aan het graf van Petrus. Vanwege de omstandigheden ter plekke kan er maar een gelimiteerd aantal bezoekers per dag het graf bekijken. Ik had geluk, het Vaticaan stuurde mij een paar weken geleden een bevestigingsmail voor een rondleiding in het Engels op woensdag 8 april om 13:45 uur.


Vandaag is het zover en met de bevestigingsmail in mijn tas ga ik op weg. Na archeologisch onderzoek maakte paus Pius II in 1950 bekend dat men waarschijnlijk het graf met de beenderen van Petrus had gevonden in de lagen onder de huidige Sint Pieter. Later onderzoek lijkt dit te bevestigen, maar absolute wetenschappelijke onderbouwing is er niet. Desalniettemin wordt de plek als het graf van Petrus beschouwd en alleen daarom al is het een bezoek waard.

De huidige Sint Pieter is gebouwd als vervanging van een oudere basiliek, die in opdracht van Constantijn de Grote in de 4e eeuw is gebouwd. Constantijn, die als eerste het christendom als geloof erkende, bouwde zijn basiliek boven op een oudere herdenkingsplaats voor de apostel Petrus. In die tijd zag men deze plek al als het graf van Petrus. Rondom de herdenkingsplaats zijn meer christelijke graven gevonden, waarschijnlijk omdat het beschouwd werd als een eer om dichtbij deze belangrijke apostel begraven te worden.   

Ik meld mij op tijd bij de Zwitserse Garde, die als poortwachters het Vaticaan beschermen. Eigenlijk beschouw ik deze kleurrijke nazaten van het pauselijk huurlegioen als meertalige medewerkers van het toeristenbureau. Want niet alleen vertellen zij mij waar ik moet wezen, zij geven ook informatie over andere interessante zaken, die mij later nog van pas komen. Nu laten zij mij passeren en kan ik doorlopen naar het Ufficio Scavi, het kantoor voor bezoekers.  

Ik sluit mij aan bij mijn groep voor de Engelse rondleiding, die volledig uit Amerikanen bestaat. De gids laat op zich wachten. Voor ons vertrekt de Portugese groep van 14:00 uur. En de Duitse van 14:15 uur. Een aantal mensen van mijn groep wordt onrustig; zij moeten om 16:30 uur de trein halen naar het vliegveld. Navraag levert weinig op en al wat rest is wachten. Hangend wachtend. En foto's maken uit verveling.

Om 14:30 komt op een drafje een mollige vrouw uit het gebouw aan de overkant lopen. Ze stuift het Uffico in om er onmiddellijk weer uit te komen met de woorden: "so you are my group of today?" Om vervolgens in rap Amerikaans te vertellen dat zij er niets aan kon doen, maar dat er nog een gids nodig was voor een groep in het Engels en daarom was ze maar snel gekomen en of wij allemaal landgenoten waren en als ze te snel sprak we het gewoon moesten zeggen, dan vertelde ze het nog een keer. En oh ja, foto's maken mag niet.

Ik was meteen stil. En dacht:"dit ga je gewoon over je heen laten komen en je pikt op wat je kunt verstaan."

In ganzenpas lopen we achter haar aan naar binnen en luisteren hoe de Sint Pieter is gebouwd op de oudere basiliek en herdenkingsplaats. Of eigenlijk: dat de kerk is gebouwd op een necropool, een stad voor de doden. We dalen af langs gangetje en rijk versierde ruimtes, die laten zien hoe de Romeinen hun doden achterlieten in mausolea. Ik ben blij met mijn historische kennis, anders had ik er geen touw aan vast kunnen knopen. Maar het is duidelijk: we zijn hier in de eerste eeuwen van onze jaartelling en ik houd mijn adem in bij het zien van deze archeologische plek.

Onze gids houdt ook haar adem in, maar om een andere reden. Zij is voortdurend bezig haar eigen record te verbeteren om zoveel mogelijk woorden te zeggen in één ademteug. Dat gaat zo snel dat ik ongeveer de helft van haar woorden kan volgen. Niet alleen qua begrip, maar ook qua snelheid. Ik krijg het er benauwd van en het begint me te irriteren.

Ik ga in het staartje van de groep lopen en besluit mijn eigen rondleiding te gaan doen. Maar dan heb ik haar onderschat: zij houdt haar schaapjes goed bij elkaar. "One two three, are we complete? You can't get lost, but I can loose you and that's not gonna happen" zegt ze in opnieuw één adem. Ik krijg het nog benauwder.

Het is ook benauwd om een andere reden. Al in de Oudheid klaagde men over de slechte atmosfeer in dit gebied. Geregeld heerste er malaria vanwege de vochtige omstandigheden. De hoge luchtvochtigheid is inderdaad merkbaar, maar heeft er ook voor gezorgd dat veel van de wandschilderingen bewaard zijn gebleven. Een geluk bij een ongeluk.

We komen in een ruimte waar achter plexiglas een grotachtige wand zichtbaar is. In de verte schemert een lichtje bij een smalle opening, dat alleen te zien is wanneer je op een bepaalde plek gaat staan. Dáár was het oorspronkelijke graf. Huh? Waar? Ja, dáár dus. Maar... daar ligt hij nu niet meer. "Come on guys, let's move on, I guarantee we're all gonna see his bones."

Weer een paar gangetjes verder is het dan zover. Opnieuw zie ik een grotachtige wand. Hier moeten dan zijn beenderen te zien zijn. Ten minste: een deel van zijn hand, de vingers waarmee hij ons mensen zegende. De rest van zijn beenderen worden bewaard in een kistje op een veilig beschermde plek elders in de Sint Pieter. Ik zie niets. De wand ziet er overal ongeveer hetzelfde uit. Gelukkig helpt een lichtje om te markeren waar het ongeveer moet zijn. Maar daar is ook alles mee gezegd. Of ik nu kijk naar vingerbotjes of steen, ik durf het niet te zeggen.

De gids vraagt om een paar minuten stilte en laat in lichaamstaal zien hoe dat moet. Oh, wat een heerlijkheid! Een paar minuten om mij te concentreren op botten ofwel rotswand. Dan is het voorbij en in minder dan een paar minuten leidt ze ons naar boven de Sint Pieter in en even later sta ik buiten. Opgelucht haal ik adem.   

Geen opmerkingen:

Een reactie posten